Deel IV - Vooruitblik
Deel IV schetst een vooruitblik op basis van de gesprekken in de regio's, en de ervaringen vanuit NP RES.
Wat is nu nodig?
Langetermijnperspectief
Voor blijvende inzet op het streefdoel van 55 TWh is het nodig om voortgang te boeken op bestaande en al lang bekende knelpunten, en te voorkomen dat er nieuwe belemmeringen bijkomen.
Om doorzettingsvermogen en samenwerking in de regio's vast te houden is een langetermijnperspectief nodig op de rol, scope en doelstelling van de RES-regio’s in het (komen tot het) nieuwe energiesysteem na 2030. Daarbij helpen de interbestuurlijke afspraken n.a.v. het Nationaal Plan Energiesysteem. Die worden nationaal vastgesteld en zijn eind dit jaar beschikbaar. Rijk en koepels zijn hiervoor aan zet, met input van onder meer de regio's en nationale programma's.
Dit langetermijnperspectief geeft houvast en zekerheid aan regio's om maximaal in te blijven zetten op het streefdoel van 55 TWh. Dat is nodig:
- voor het nakomen van nationale en Europese afspraken,
- om woningbouw, mobiliteit en bedrijvigheid mogelijk te maken,
- voor het slim benutten en uitbreiden van energie-infrastructuur.
Om bij te kunnen sturen in de transitie is meerjarig praktijkgericht onderzoek nodig naar langetermijneffecten van bijvoorbeeld wind & zon op biodiversiteit, natuur, gezondheid en leefbaarheid. En naar het optimaliseren van opwek door innovatie.
Slim samenspel
Het toekomstig energiesysteem vraagt om slim samenspel tussen schaalniveaus: (inter)nationaal, provinciaal, regionaal en lokaal. Dit vraagt om het erkennen van afhankelijkheden, interesse in uitdagingen van de ander en goede feedbackloops tussen uitvoering en beleid.
De informele horizontale structuur van de RES waarbij overheden, maatschappelijke organisaties en ondernemers samenwerken, helpt daarbij. Afgelopen jaren hebben de regio's ervaren dat een gezamenlijk nationaal doel met daarbinnen ruimte voor eigen afweging leidt tot meer eigenaarschap en commitment om doelen te realiseren en gezamenlijk bij te dragen aan de energietransitie. Regio's hebben de behoefte aan het verbreden van de rol, scope en doelstelling van de RES tot 'het decentrale deel van het toekomstige energiesysteem’, met een gezamenlijk systeemdoel.
Naast horizontale verbinding is behoefte aan duidelijkheid over besluitvorming en escalatie-afspraken rondom het energiesysteem en de rol daarin van gemeenten, provincie, regio en Rijk. Zo blijft of komt de vaart erin. Dat draagt bij aan doorzettingsvermogen in de regio's.
Structurele financiering is nodig om kennis en expertise effectief en efficiënt te organiseren en minder afhankelijk te worden van externe inhuur. Dit vraagt van het Rijk om meerjarige duidelijkheid over decentrale middelen en van gemeenten en provincies bereidheid om over de grenzen van de eigen organisatie te acteren.
Ruimte voor maatschappelijk initiatief
In de Energiewet wordt een basis gelegd voor energie delen. De komende periode komt er meer inzicht uit de praktijk over wat aanvullend nodig is om het decentrale deel van het energiesysteem volwaardig tot haar recht te laten komen.
Ook overheden in de regio kunnen actief sturen op rechtvaardigheid in de transitie door:
- open te staan voor initiatieven van inwoners en ondernemers en deze te ondersteunen,
- lokaal eigendom op te nemen in beleidskaders,
- in participatieprocessen te sturen op inclusiviteit,
- actief te luisteren en op zoek te gaan naar andere perspectieven.
Zorg voor beleid dat ruimte biedt aan coöperaties, bedrijven en inwoners in wijken en op bedrijventerreinen. Dat bevordert innovatie- en uitvoeringskracht om de transitie verder te brengen. En doet recht te doen aan de behoefte aan grip, zeggenschap en eigenaarschap.
Zorg voor een eerlijkere beprijzing van warmtenetten voor consumenten die recht doet aan de maatschappelijke kosten en kom zo tot een betere afweging tussen warmte en elektriciteit.